Het Paul Pella Fonds
De belangrijkste doelstelling van de Stichting Paul Pella Fonds te Enschede is het verlenen van geldelijke ondersteuning van (oud-) medewerkers die in dienst waren van de Nederlandse Reisopera of het Orkest van het Oosten en de voorgangers daarvan, voordat aan het eind van de jaren zestig de pensioenvoorziening werd ondergebracht bij het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds. Het fonds verstrekt de aanvullende pensioenvoorziening op vrijwillige basis.
Daarnaast stelt het Paul Pella Fonds zich sinds medio 2012 ten doel om door het verlenen van subsidies diverse vormen van muzikale en muziektheatrale activiteiten in Enschede te bevorderen.
Een subsidie van het Paul Pella Fonds?
Het Paul Pella Fonds verstrekt jaarlijks eenmalige stimuleringssubsidies aan organisaties, verenigingen en stichtingen die zich inzetten voor culturele activiteiten in Enschede, met name op het gebied van muziek en muziektheater.
Projecten waarbij meerdere professionele en amateurorganisaties een samenwerking aangaan hebben de voorkeur. Het Paul Pella Fonds wil op deze wijze Enschedese initiatieven die ‘een verschil willen maken’ op het terrein van kunst en cultuur ondersteunen.
De toekenning van een subsidiebedrag is gebonden aan een aantal uitgangspunten en voorwaarden. De subsidiecommissie van het Paul Pella Fonds beoordeelt alle aanvragen en kent de subsidiebedragen toe. Over de beschikking kan niet worden gecorrespondeerd.
Een aanvraag indienen
Bij het toekennen van een financiële ondersteuning gelden de volgende regels:
- De subsidieaanvraag moet primair een Enschedees initiatief betreffen.
- Het aan te vragen subsidiebedrag is minimaal € 2500,00 en maximaal € 40.000,00.
- Het Paul Pella Fonds geeft geen structurele steun en vult geen exploitatietekorten aan.
- Alleen out-of-pocketkosten kunnen worden gefinancierd.
- Er moet draagvlak zijn voor het project of programma, zoals onder meer blijkt uit de te verwachten publieke belangstelling en de samenwerking met en/of financiële bijdragen van derden.
Artistiek inhoudelijke voorwaarden:
- Het Paul Pella Fonds subsidieert initiatieven die zich inzetten voor de bevordering van instrumentale en/of vocale muziek en muziektheater.
- Projecten waarbij meerdere professionele en amateurorganisaties een samenwerking aangaan hebben de voorkeur. Er is zo mogelijk aandacht voor samenwerking met Stichting Nederlandse Reisopera en/of PHION of één van de professionele muziekorganisaties in Enschede.
- Aanvragen mogen ook gericht zijn op een eenmalige aanschaf (bijv. van een muziekinstrument) mits de overige voorwaarden eveneens van toepassing zijn in de aanvraag.
Aanvragen (per e-mail) voorzien van een duidelijke projectbeschrijving die aan de criteria voldoet, een dekkingsplan met daarin een overzicht van de uitgaven, maar ook de geschatte inkomsten en andere subsidieaanvragen, een tijdpad en alle relevante contactgegevens, kunnen voor 1 december of 1 juni worden ingediend bij:
Commissie Subsidies Paul Pella Fonds
t.a.v. de heer W. Jongmans – info@paulpellafonds.nl
Projecten
Enkele van de door het Paul Pella Fonds ondersteunde projecten vanaf 2010:
- Kunst in het Volkspark
- Valerius Ensemble
- Zomeropera Nederlandse Reisopera
- Liedconcours St. Internationaal Liedconcours
- Wannaplay (schommelproject Concordia)
- (Muziekwerkplaats Deiman en Gerritsen)
- Couscous en Kaas (Orkest van het Oosten)
- Walter Boeykens Klarinet-festival Stichting Clarinet Sound
- Borboleta (St. Borboleta Music)
- Waar geet opan met Kesmis (Wilminktheater Enschede)
- Balkonfestival (Culturele Zondag Enschede)
- Tortube (Jazzpodium de Tor)
- Doelen en Dromen Concordia
- Dienst voor ongelovigen Magda Nij Bijvank
- Jenkins Project (Het Stedelijk Koor Enschede)
Paul Pella
Paul Pella wordt op 20 maart 1892 als de joodse Paul Morgenstern in Wenen geboren. Na het behalen van de Mittelschule gaat de muzikale Paul Pella naar het muziekcollege van de universiteit van Wenen. In 1912, hij is dan pas 20 jaar oud, wordt hij aangesteld als repetitor in Gablonz an der Neisse, het tegenwoordige Jablonec in Tsjechië. Zijn prille carrière wordt echter ruw onderbroken als hij 1913 in militaire dienst moet. Een jaar later breekt ook de Eerste Wereldoorlog uit. Paul Pella zal, onder dwang van het noodlot, in de toekomst nog vaker een een moeizaam opgebouwd bestaan moeten afbreken.
In 1917 studeert hij korte tijd bij Arnold Schönberg in Wenen, maar hij moet de studie afbreken omdat hij in 1918 weer onder de wapenen moet. In 1919 gaat Paul Pella naar Praag waar hij les krijgt van Schönbergs schoonvader Alexander Zemlinsky en waar hij als dirigent voor het operetterepertoire kan gaan werken aan het Deutsches Theater.
Na zijn vertrekt uit Praag in 1922 duikt Pella op in Berlijn. Op verzoek van de Oostenrijkse ambassade is hij daar betrokken bij de voorbereidingen voor de Österreichische Musikwoche die in juni 1923 plaatsvindt. Op het programma van dit festival staat vooraal veel werk van twintigste-eeuwse Oostenrijkse componisten. Pella dirigeert er de achtste symfonie van Mahler.
Na zijn verblijf in Berlijn breekt een periode van zwerven aan. In het seizoen 1923-1924 is hij chef-dirigent in Lübeck, een seizoen later bekleedt hij dezelfde positie in Barmen-Elefeld. in het seizoen 1925-1926 idem in Münster en in 1926-1927 nogmaals in Dortmund. Ergens in deze jaren moet hij de zangeres Else Müssigmann hebben ontmoet, met wie hij niet veel later zal trouwen.
Enige rust krijgt Paul Pella wanneer hij het jaar erna als chef-dirigent van de opera in Aken wordt aangesteld. In het algemeen wordt deze periode van vijf jaar in Aken, midden in de economische crisistijd, als een artistiek succes beschouwd. Dat kwam deels vanwege zijn inzet voor nieuwe muziek. Zo voert hij in 1930 Wozzeck van Alban Berg uit, een productie die hij in januari 1933 ook in de Grote Schouwbrug in Rotterdam op de planken zal brengen.
Op 1 maart 1932 verlaat Paul Pella de opera van Aken. Na een anti-joodse lastercampagne en tegenwerking van de directie neemt hij noodgedwongen ontslag. De jonge Herbert von Karajan neemt Paul Pella’s positie over. Met zijn vrouw Else vertrekt hij in 1933 naar Nederland waar hij wederom een zwervend bestaan leidt. Om in leven te blijven, pakt hij allerhande klussen aan. In 1935 probeert Pella werk te vinden in Rusland, hetgeen resulteert in een gast-dirigentschap bij de opera in Tbilisi in Georgië.
In 1938 is hij weer terug in Nederland en wordt hij aangesteld bij de Nederlandse Opera als chef-dirigent. Wederom slaat het noodlot toe. Paul Pella en zijn collega bij de Nederlandse Opera, de regisseur Lothar Wallerstein, moeten als joden hun werk opgeven. Vanaf 1942 moet hij onderduiken in achtereenvolgens Heelsum, Velp en Rheden. Na de oorlog kan Paul Pella terugkeren bij de Nederlandse Opera waar hij tot 1951 werkzaam blijft.
In 1955 haalt Chris Burgers hem, op uitdrukkelijk verzoek van de subsidiegevers, naar het pas opgerichte Opera Forum in Enschede. Voor de inmiddels 63-jarige Pella breekt een periode van relatieve rust aan.
Op 21 februari 1965 overlijdt Paul Pella aan hartfalen, nadat hij een bezoek heeft gebracht aan Der Fliegende Holländer.
Paul Pella heeft veel betekend voor het Nederlandse muziekleven in de jaren vijftig van de twintigste eeuw en het is niet overdreven om te stellen dat hij samen met Henri Viotta en Paul Cronheim één van de belangrijkste grondleggers is geweest van de opera in Nederland.